Het Zal (N)Ooit Beter Worden

door

Na een heftige griep voel m’n energie weer terugkomen, stukje bij beetje. En DAMN wat heb ik je gemist! Nooit echt getwijfeld of je ooit terug zou komen, maar in het meest donkere en nare moment wel even de angst gevoelt: wat nou als dit voor altijd zo blijft?

En zo heb ik me ook gevoeld op het moment dat m’n vader voor de zoveelste keer was teruggevallen. Zo raar, ik weet het nog zo goed. Ik wist het, ik voelde het aan de sfeer in huis zodra ik de voordeur opendeed en naar binnen stapte: hij is weer gaan drinken.

De mengeling van teleurstelling en verdriet en het allesoverheersende gevoel: dit zal nooit beter worden. 

Uiteindelijk heb ik een soort van gelijk gehad en toch ook weer niet.

Op 5 december 2005 stierf hij aan een gebroken hart, een gebroken lichaam en de gevolgen van het overmatig alcoholgebruik. Dus wat dat betreft was het niet meer beter geworden.

En toch..

Hij heeft me geleerd om voor mezelf te kiezen. Tegen wil en dank, zeker. En ik ben zelf bijna bezweken aan een gebroken hart, dat zeker. Maar iets in mij was sterker dan mijn drang om het beter te maken, om het op te lossen, om te redden. Ik moest mezelf redden.

Ik heb het toen gedaan vanuit overlevingsdrang en als ik terugkijk waren dat mijn eerste stappen om te leven op mijn voorwaarden. En mijn eigen leven te creëren in plaats van te leven zoals ik dacht dat van mij verwacht werd.

Toen was het nog zo onbewust. Net zo onbewust als dat ik al het leed van de wereld op m’n schouders nam en het beter moest maken, koos ik onbewust voor meer, beter, fijner, moeitelozer. Alleen toen dacht ik dat ik dat deed ten koste van mijn vader. Dus de pijn en het verdriet van het niet kunnen redden maakte plaats voor de verscheurende schuld en schaamte. Want met mij ging het steeds beter en met hem steeds slechter.

Ik had mezelf veel pijn kunnen besparen door het geluk gewoon toe te laten.
Ik had mezelf veel verdriet kunnen besparen als ik had geweten, echt geweten hoe goed ik het toen heb gedaan.

De tijd kan ik niet meer terugdraaien.
Dat wil ik ook niet, want het was zoals het moest zijn.

Ik kan wel terugkijken met een dankbaar en gelukkig hart.
Alle tegenslag, alle pijn en al het verdriet heeft een prachtig mooi cadeau bevat.

Mijn wil om te leven.
Mijn zin om te leven.
Mijn drive om er alles uit te halen wat er in zit.
Mijn liefde voor alles wat mooi en fijn en heerlijk is.
En mijn dankbaarheid voor contrast, wat onmisbaar is en alle heerlijkheden nog zoveel zoeter maakt.

Het is wel beter geworden.
En het zal nog beter worden, met elke dag dat ik zo bewust leef.

Ik gebruik de buitenwereld niet meer als reden om dingen wel of niet te doen.
Ik gebruik de buitenwereld als speeltuin, als speelveld, als plek waarin ik mijn meest Schitterend Leven creeer.

Maar ik doe het niet meer van buiten naar binnen: als de buitenwereld klopt, voel ik me gelukkig.

Ik leef van binnen naar buiten.

En weet je, als in je hart de zon schijnt, is het altijd mooi weer.

Liefs, Divera